Reichiaans ademwerk

De ademhaling is een machine die zuurstof omzet in energie en energie in leven. Optimaal ademen is optimaal leven. Gering ademen is gering leven en niet meer ademen de dood. Gedurende ons leven hebben we naast mooie ervaringen ook minder mooie dingen ervaren. Bij voorbeeld een tekort van iets in een bepaalde periode van ons leven zoals aandacht, warmte, liefde, enz. Sommige van die ervaringen worden door het leven zelf opgelost. Als de ervaringen echter traumatisch zijn, zetten ze zich vast in het lichaam als spierpantsers. Het lichaam koos op dat moment de beste optie om iets te vermijden of iets na te streven. Het zette zich letterlijk schrap om erger te voorkomen. Deze pantsers zitten als lichaamsgeheugen in het weefsel en beperken ons o.a. om optimaal te ademen. Het beperkt ons in het vrij laten stromen van onze energie. Optimaal is dat de ademhaling ontspannen en moeiteloos verloopt, door het hele gebied. Als we kijken naar de ademhaling van een pasgeboren baby zien we de ideale situatie. Bijna het volledige lichaam maakt deel uit van de ademhaling. Reichiaans ademwerk werkt met zeven spierpantsers rond de volgende gebieden: ogen, kaak & mond, nek & schouders, borst, middenrif, onderbuik en bekken. Door de gebieden een voor een los te maken ontstaat een natuurlijke stroom van energie die terug te vinden is in de kwaliteit van de ademhaling.